Juf Christiana in Indonesië!

Rekenen in het Indonesisch

Tijdens mijn stage ervaringen heb ik al drie verschillende groepen 5 gehad. Een groot verschil qua leerstof verwachtte ik dus niet. Na een aantal observaties en het zelf geven van het vak ''matematika'' kon ik toch echt concluderen dat zij voorliggen op de leerlijn.

Zo komen er rekenonderdelen aan bod die ik in Nederland in groep 5 nooit voorbij heb zien komen;

  • Het berekenen van een som met meerdere getallen boven het honderdtal waarbij +, -, x en : door elkaar in de som voorkomen. Het gaat erom dat zij weten wat de volgorde is, en dit kunnen toepassen.

  • Het optellen en aftrekken van breuken. Het optellen van een breuk bij een heel getal. Het aftrekken van een breuk van een heel getal.
  • Het berekenen van omtrek en oppervlakte met behulp van formules. Zij gebruiken hier al de term ''vierkante'' bij een oppervlakte.
  • Het toepassen van de tekens van kleiner dan (<), groter dan (>) en gelijk aan (=).

In het begin heb ik de rekenlessen van mijn mentor geobserveerd om te weten met welke leerstof zij bezig zijn en om te weten hoe mijn mentor dit aanbiedt. In groep 5 zijn zij de afgelopen weken bezig geweest met het berekenen van de omtrek en de oppervlakte met behulp van formules.


Omtrek vierkant
Omtrek = 4 x zijde
Keliling = 4 x sisi
K = 4 x s


Omtrek rechthoek
Omtrek = 2 x (lengte + breedte)
Keliling = 2 x (panjang + lebar)
Keliling = 2 x (p + l)


Oppervlakte
Oppervlakte = lengte x breedte
Luas = panjang x lebar
L = p x l


Mijn mentor geeft de kinderen als rekenhuiswerk vaak de opdracht mee om zelf vijf contextsommen te bedenken waarin gegevens staan om de omtrek en/of oppervlakte uit te rekenen. Als startactiviteit van de rekenles krijgt ieder kind van iemand anders de vijf contextsommen en berekent dus vijf keer de omtrek en vijf keer de oppervlakte. Zij schrijven hierbij het verhaaltje over en noteren de hele berekening, inclusief formule. Zonder smartboard/computer wordt er toch aangesloten bij de leef- en belevingswereld van de kinderen.

Ook mijn rekenlessen van de afgelopen weken gingen dus over omtrek en/of oppervlakte. Bij mijn eerste les liet ik een kind naar het bord komen om een vierkant te tekenen. Vervolgens liet ik een ander kind een rechthoek tekenen. De klas liet ik nadenken over het verschil. Niet dat de ene een vierkant is en de ander een rechthoek, maar dus over de manier van het berekenen van oppervlakte. Ik schreef wat getallen bij de figuren en klassikaal berekenden we van beide figuren de oppervlakte. Tijd om te oefenen! Na de begeleidende inoefening gingen zij zelfstandig aan het werk. Op het bord tekende ik tien figuren (vierkanten en rechthoeken) met verschillende lengtes en breedtes. Ook verschilden zij qua maateenheid: millimeter, centimeter, decimeter en meter. De kinderen gingen zelfstandig aan de slag met het berekenen van de oppervlakte van ieder figuur. Tijdens het nakijken liet ik bij ieder figuur een kind naar het bord komen om de berekening op het bord te noteren. Mijn mentor ging met deze les vervolgens verder en gebruikte dezelfde figuren. De kinderen berekenden vervolgens overal de omtrek van. Mijn vervolgles rondom omtrek en oppervlakte zag er hetzelfde uit. Alleen ging de les niet zoals mijn eerste les alleen over oppervlakte, maar ook over de omtrek. Daarna ben ik ook gebruik gaan maken van contexten en visualisatie in de klas. Doordat er geen materialen zijn heb ik gebruik gemaakt van de deur, het bord, de tafel enzovoort. Hierdoor kregen zij toch een visueel beeld bij de contextsommen.

Reacties

Reacties

Jan

ughrh32jubufrubrh4tu4bbfberbivbujnvhfht

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!